Volgens de wet moet de gemeentesecretaris raad en college terzijde staan. In de praktijk komt dat neer op een functie met twee gezichten: de gemeentesecretaris ondersteunt en adviseert het bestuur en zorgt ervoor dat de ambtelijke organisatie goed draait. Hij heeft een schakelfunctie, zo wordt gezegd. De wensen en verlangens van het lokale bestuur geeft hij door aan de organisatie en tegelijkertijd vertelt hij datzelfde bestuur Wat de mogelijkheden van die organisatie zijn en waar de grenzen liggen. Hij kan derhalve een sleutelpositie binnen de gemeente vervullen. Maar in hoeverre hem dat lukt en wat dat betekent, is de vraag.
In dit boek wordt deze vraag beantwoord. Op basis van een uitgebreide enquête onder alle gemeentesecretarissen, interviews en wervingsadvertenties schetsen de auteurs een gedetailleerd beeld van de secretaris. Bovendien wordt een vergelijking gemaakt met de provinciale griffiers en de gemeentesecretarissen in België. Nog niet eerder is een zo uitgebreide studie verschenen naar wie er gemeentesecretaris zijn, wat zij doen en op welke wijze zij invulling geven aan hun sleutelpositie. Het onderzoek past in een bredere onderzoekstraditie waarin topfunctionarissen en (lokale) elites in en rondom het openbaar bestuur vanuit een vergelijkend perspectief worden bestudeerd.