In een halve eeuw is het leesgedrag van tieners radicaal veranderd. In de jaren ’50 lazen jongeren nog veel meer dan oudere leeftijdsgroepen; tegenwoordig lezen ze juist het minst van al. De ontlezing heeft zich onder de adolescenten het sterkst voltrokken. Verschillende redenen worden genoemd voor de relatieve impopulariteit van het lezen onder tieners, zoals concurrentie van andere media en vormen van vrijetijdsbesteding, een gebrek aan voor hen interessante verhalen en weinig aansprekende literatuurmethoden.
Goede leesvaardigheid is essentieel voor het verwerven van informatie. Ook is het lezen van fictie belangrijk voor de ontwikkeling van de persoonlijkheid in de adolescentie. Niettemin is wetenschappelijke aandacht voor het leesgedrag van jongeren schaars.
Tijdens een tweejaarlijks congres dat Stichting Lezen in mei 2002 organiseerde spraken onderzoekers uit binnen- en buitenland over hun bevindingen. Aan de orde komen: de rol die adolescentenromans spelen in de overgang van kinderboek naar volwassenenroman en de rol die ouders, bibliotheek en school spelen in het leesgedrag van jongeren. Ook de relatie tussen de complexiteit van een verhaal en de waardering ervoor kwam aan bod, alsmede het verschil tussen allochtone en autochtone jongeren en hun leesgedrag. Ook wordt een toelichting gegeven op de vraag waarom sommige jongeren veel lezen en andere juist weinig.