In dit boek wordt vocaalreductie onderzocht in een verzameling van ca. 40 uur gesproken Standaardnederlands. De sprekers waren 80 Vlaamse en 80 Nederlandse leraren Nederlands. Bij de selectie van de sprekers werd rekening gehouden met de variabelen leeftijd, sekse en dialectachtergrond. Vernieuwend is vooral dat er spontane spraak wordt bestudeerd. Studie van spontane spraak kan ons niet alleen meer inzicht geven in processen van taalontwikkeling en -verandering, maar ook in de processen die aan de basis liggen van taalproductie en taalperceptie.
Uniek is verder dat er steeds zowel Vlaamse en Nederlandse spraak wordt onderzocht. Dit boek is dan ook een aanrader voor al wie zich interesseert voor uitspraakvariatie en recente tendensen in het gesproken Standaardnederlands.
De auteur doet onderzoek naar variatie in het Nederlands. Ze is verbonden aan het Centrum voor Nederlandse Taal en Spraak (Universiteit Antwerpen) en het Hoger Instituut voor Vertalers en Tolken (Artesis Hogeschool Antwerpen).